Sla inhoud over

Jurisprudentie vervoer

Inrichtingsvervoer
RSJ 31 juli 2019, R-18/2260/GA
Dat de uitvoering van het inrichtingsvervoer kan geschieden door tussenkomst van DV&O, doet niet af aan de in artikel 42 vierde lid, onder c, Pbw genoemde zorgplicht van de directeur voor de overbrenging van de gedetineerde naar een ziekenhuis, indien behandeling aldaar plaatsvindt. Klager daarom alsnog ontvankelijk in het beklag. Beklag is echter ongegrond, nu niet is gebleken dat de directeur niet aan de hiervoor genoemde zorgplicht heeft voldaan.

 

RSJ 22 december 2014, 14/3695/GA
Uit circulaire van 4 feb 1998, 671238/97/DJI blijkt dat medisch vervoer de taak van de inrichting is. Nu de directeur geen toelichting over bron, inhoud, aard en betrouwbaarheid van de GRIP informatie heeft gegeven, zijn de bestaande procedure regels genoemd in de GRIP-circulaire van 28 juni 2002 niet in acht genomen. Beroep gegrond, beklag alsnog ontvankelijk en gegrond, tegemoetkoming € 15,=.

RSJ 22 december 2014, 14/3526/GA
De directeur is in beginsel niet verantwoordelijk voor het aanvragen en regelen van zgn. ‘rechtsgangvervoer’, uitgezonderd het geval dat beveiligingsniveau van vervoer is aangepast op initiatief van directeur. Nu de directeur geen toelichting over bron, inhoud, aard en betrouwbaarheid van de GRIP informatie heeft gegeven, zijn de bestaande procedureregels genoemd in GRIP-circulaire van 28 juni 2002 niet in acht genomen. Beroep gegrond, beklag ontvankelijk en gegrond, tegemoetkoming € 15,=.

Vervoer naar en bezoek aan ziekenhuis
RSJ R-19/3386/GA, 30 maart 2020

Uitgangspunt moet zijn dat er geen toezichthoudend personeel van DV&O aanwezig is in de behandel- of spreekkamer, tenzij dat uit veiligheidsoverwegingen strikt noodzakelijk is. Art. 19 van de Regeling vervoer van justitiabelen is in zoverre in strijd met hogere wet- en regelgeving. Directeur heeft geen kenbare en toetsbare belangenafweging gemaakt. Beroep gegrond, beklag gegrond, tegemoetkoming € 25,=.

RSJ 1 juli 2019, R-18/1314/GA
Klager heeft geweigerd met EBV vervoer naar ziekenhuis te gaan. Procedure omtrent vervoer is niet volgens regels verlopen. Aanvraag van de directeur om klager te laten vervoeren zonder vrijheidsbeperkende middelen is niet voorzien van de gebruikelijke beoordelingscriteria. Ook DV&O heeft geen inzicht kunnen verschaffen in de gemaakte aanvullende risicoanalyse, terwijl evenmin gebleken is van inhoudelijke afstemming tussen de inrichting en DV&O. Beroep gegrond, beklag alsnog gegrond. Geen tegemoetkoming nu niet gebleken is dat klager in zijn belang is geschaad.

 

RSJ 14 oktober 2014, 14/1839/GA
Klager mocht ervan uitgaan dat zijn behandeling in het ziekenhuis zou plaatsvinden zonder bewaking in behandelkamer. Later beslist dat bewaking wel aanwezig moet zijn. Beklag alsnog ontvankelijk en gegrond. Tegemoetkoming € 25,=. Zeventien dagen geen geestelijke verzorging. Recht op geestelijke verzorging geschonden. Beklag alsnog ontvankelijk en gegrond.

RSJ 26 augustus 2013, 13/1368/GA
Het uitgangspunt is dat er, bij een bezoek van een gedetineerde aan een arts in het ziekenhuis, geen toezichthoudend personeel aanwezig is in de behandelkamer, tenzij dit uit veiligheidsoverwegingen noodzakelijk is. Niet gebleken van veiligheidsrisico's ten aanzien van klager. Beroep klager gegrond. Geen tegemoetkoming.

RSJ 10 december 2012, 12/2711/GA
Voor het gebruik van beperkende maatregelen voor het ziekenhuisvervoer dient een individuele belangenafweging gemaakt te worden. In casu is een zorgvuldige afweging gemaakt. Beroep directeur dan ook gegrond.

RSJ 28 augustus 2012, 12/1531/GA
De directeur kan een disciplinaire straf opleggen indien klager heeft gehandeld op een wijze waardoor de goede gang van zaken bij het transport en het bezoek aan het ziekenhuis werd verstoord.

Rechtsgangvervoer
RSJ 1 oktober 2019, R-18/1634/GA
In onderhavig geval was geen sprake van in opdracht van de inrichting uitgevoerd vervoer, doch van rechtsgangvervoer in opdracht van het Openbaar Ministerie. Dat DV&O daarbij door een onjuiste administratieve verwerking geen rekening heeft gehouden met de medische indicatie van klager voor aangepast vervoer kan de directeur niet worden aangerekend. Beroep ongegrond.

 

RSJ 5 oktober 2015, 15/1774/GA
Het vervoer van een gedetineerde van de inrichting naar een terechtzitting betreft het zogenaamde ‘rechtsgangvervoer’. Voor het aanvragen en regelen van dergelijk vervoer is het Openbaar Ministerie verantwoordelijk. Het niet aanvragen van dergelijk vervoer kan in de regel dan ook niet worden aangemerkt als een beslissing van de directeur, als bedoeld in artikel 60, eerste of tweede lid, van de Pbw, waartegen beklag open staat. Niet gebleken is van omstandigheden die dit anders maken, nu er geen sprake was van een medische indicatie voor aangepast vervoer. De beroepscommissie zal de uitspraak van de beklagcommissie in zoverre vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag verklaren.

RSJ 3 juli 2014, 14/0266/GA
Het OM is verantwoordelijk voor 'rechtsgangvervoer'. Nu klager evenwel tijdig en meermalen kenbaar heeft gemaakt de kantonrechterzitting te willen bijwonen, had de directeur ervoor moeten zorgen dat klager in de gelegenheid werd gesteld de zitting bij te wonen. Geen vervoer geregeld. Beroep gegrond, klager ontvankelijk en beklag gegrond. Geen tegemoetkoming. 

RSJ 20 augustus 2013, 13/1628/GA
Nu het vervoer van klager naar de zitting van de politierechter zogenaamd rechtsgangvervoer betreft dat onder verantwoordelijkheid van het OM valt, is er geen sprake van een beslissing als bedoeld in artikel 60 van de Pbw. Dat zou anders zijn als klager tijdig gemeld zou hebben dat hij op een zitting diende te verschijnen. Niet is aannemelijk dat klager een dergelijke melding heeft gedaan. Beroep van de directeur gegrond, klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.

Verstrekking eten en drinken tijdens vervoer
RSJ R-19/2650/GA, 17 april 2020
De directeur heeft een zorgplicht ook t.a.v. het rechtsgangvervoer van klager. Met de directeur is geen contact opgenomen m.b.t. de duur van verzoekers transport. Niet voorzienbaar dat het transport zo lang zou duren zodat één lunchpakket en drinken onvoldoende zouden zijn. Directeur heeft zijn zorgplicht niet geschonden. Beroep gegrond, beklag alsnog ongegrond.

RSJ 9 februari 2015, 14/3380/GA
Klager niet-ontvankelijk in klacht over wijze van vervoer naar zitting beroepscommissie. Klachten over geen eten en drinken verstrekt krijgen in p.i. Vught en niet kunnen luchten worden doorgeleid naar die beklagcommissie. Klacht over geen eten en drinken meegekregen hebben op transport ontvankelijk en gegrond. Tegemoetkoming € 5,=.

 

RSJ 5 januari 2015, 14/3812/TA
Voldoende aannemelijk dat inrichting lunchpakket voor klager heeft verstrekt aan DV&O. Niet geven van lunchpakket door medewerkers DV&O betreft bejegeningskwestie, geen sprake van voor beklag vatbare beslissing van hoofd inrichting. Beroep hoofd inrichting gegrond, beklag ongegrond v.w.b. verstrekken lunchpakket door hoofd inrichting. Klager niet-ontvankelijk v.w.b. handelen door DV&O.

RSJ 1 augustus 2013, 13/1767/GA
De directeur van inrichting dient zorg te dragen voor de verstrekking van een lunchpakket in het geval voorzien is dat een gedetineerde tijdens transport een maaltijd moet gebruiken. Beroep gegrond. Directeur moet in overleg met klager passende compensatie in natura vaststellen.

RSJ 10 januari 2013, 12/2608/GA
Het is aannemelijk dat de directeur brood en drinken meegeeft aan gedetineerden die op transport gaan. Klager heeft geen drinken gehad toen hij op transport ging. Dit kan niet worden uitgesloten en is in ieder geval niet te achterhalen. Beroep en beklag gegrond, tegemoetkoming € 5,=.

RSJ 7 september 2011, 11/0893/GA
Het is verantwoordelijkheid van de inrichting om de medicijnen klaar teleggen als een gedetineerde vroeg op transport wordt gesteld. Onvoldoende aannemelijk geworden dat klager eten en drinken is meegegeven tijdens transport. Beklag gegrond.

Aanwending vrijheidsbeperkende middelen

RSJ R-19/3700/GA, 6 mei 2020

In dossier bevindt zich een getekende machtiging met een dagstempel van de CvT binnen vergunde termijn aanleveren machtiging. Klager daarom ten onrechte niet ontvangen in beklag. Directeur heeft niet inhoudelijk gereageerd op beklag inzake geboeid vervoer. Daardoor niet gebleken van een belangenafweging. Beklagonderdeel gegrond, tegemoetkoming €30,-. Geen belangenafweging t.a.v. DV&O-personeel in behandelkamer. Beklagonderdeel gegrond, tegemoetkoming €25,-. Beklag tegen niet kunnen bijwonen zitting is onvoldoende onderbouwd. Beklagonderdeel ongegrond.

RSJ R-19/2236/GA, 10 januari 2020
Klager heeft meerdere malen agressieve en dreigende uitspraken gedaan tot en met 25 mei 2018 toen hij de selectiebeslissing voor zijn overplaatsing naar het Detentiecentrum Zeist kreeg uitgereikt. Klager is een dag voor zijn overplaatsing in een observatiecel geplaatst met cameratoezicht. De directeur heeft in voldoende mate een individuele afweging gemaakt. Beslissing om klager met EBV en daarmee geboeid te vervoeren kan bij afweging van alle in aanmerking komende belangen niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Beroep directeur gegrond.

RSJ 1 april 2019, R-18/0969/GA
Het aanleggen van handboeien voor transport is een beslissing van de directeur. Klager alsnog ontvankelijk. Beslissing om handboeien aan te leggen tijdens vervoer is - gelet op de agressie-incidenten - niet onredelijk of onbillijk. Beklag alsnog ongegrond.

RSJ 1 juni 2018, 17/3938/GA

Directeur heeft beslissing aan DV&O om klager te laten vervoeren zonder vrijheidsbeperkende middelen niet voorzien van de gebruikelijke beoordelingscriteria (o.a. gedrag, mate van gewelddadigheid etc). Niet meegewogen dat klager eerder onbegeleid met verlof is geweest. Ook geen analyse door afdeling risicoadvies van DV&O gemaakt. Procedure is niet volgens de regels verlopen, hetgeen directeur is aan te rekenen. Beroep directeur ongegrond.

20 juli 2017, KC 2017/033

Klager beklaagt zich over de omstandigheid dat hij geboeid naar het ziekenhuis is vervoerd. De directeur van [...] geeft aan dat in de transportaanvraag geen verzoek tot boeien is gedaan. De directeur van [...] geeft aan dat de risicoadviseur bij de beoordeling van de transportaanvraag heeft besloten om klager toch te boeien. De beklagrechter stelt vast dat de motivering om klager te boeien alleen is gelegen in de omstandigheid dat hij is vervoerd naar een publieke ruimte. Deze motivering volstaat niet. De noodzaak voor de aanleg van de vrijheidsbeperkende middelen is hiermee niet aangetoond. De beklagrechter kent aan klager een tegemoetkoming van €10,- toe.

 

RSJ 20 oktober 2015, 15/1604/GA
Voor het gebruik van handboeien tijdens het transport dient een individuele belangenafweging gemaakt te worden. In casu is een zorgvuldige afweging gemaakt. Beroep directeur dan ook gegrond.

22 mei 2014, KC 2015/005
Overeenkomstig artikel 6.2 van de Vervoersinstructie DV&O behoort een broekstok niet tot de standaard bewapening van de transportgeleider, maar tot de inventaris van het transportvoertuig. Nu de transportgeleiders bij binnenkomst in de ruimte waar klager verbleef de broekstok al bij zich hadden, terwijl voorafgaand aan transport niet door de directie is aangegeven dat het aanleggen van een broekstok bij klager noodzakelijk was, is een voor klager onduidelijke situatie ontstaan die een verbale en emotionele reactie bij klager opriep waardoor hij niet wilde meewerken. Beklag gegrond, tegemoetkoming € 10,=.

RSJ 4 mei 2012, 11/4345/GA
Bij de voorbereiding van op verzoek van de directeur uitgevoerd vervoer is het de taak van de directeur te bezien of voorzorgsmaatregelen moeten worden getroffen. Niet gebleken dat directeur bijzondere zorg/aandacht heeft besteed aan klager, van wie bekend was dat hij slecht ter been was. Aannemelijk dat klager is gevallen als gevolg van de omstandigheid dat hij als slecht ter been zijnde gedetineerde is geboeid. Handelen DV&O toe te rekenen aan directeur. Beroep gegrond, klager alsnog ontvankelijk in beklag en beklag gegrond.

Medicatie
RSJ 7 september 2011, 11/0893/GA
Het is verantwoordelijkheid van de inrichting om de medicijnen klaar teleggen als een gedetineerde vroeg op transport wordt gesteld. Onvoldoende aannemelijk geworden dat klager eten en drinken is meegegeven tijdens transport. Beklag gegrond.

Goederen
RSJ R-19/4285/GA, 31 december 2019

Nu Justitieel Complex Zaanstad voor ontvangst goederen heeft getekend, is verantwoordelijkheid op die inrichting overgegaan. Beklagrechter PI Nieuwegein was niet bevoegd beklag te beoordelen en had ter verdere behandeling aan beklagcommissie Justitieel Complex Zaanstad moeten worden doorgezonden. Beroepscommissie doet beklag in eerste en hoogste aanleg zelf af. Onvoldoende aannemelijk dat klager spullen niet zelf heeft kunnen inpakken. Verantwoordelijkheid vermissing spullen ligt bij klager zelf. Beklag ongegrond.


RSJ 23 augustus 2016, 16/1513/TA
Niet aannemelijk dat ontvangende inrichting voor ontvangst heeft getekend. Het enkele feit dat deze inrichting klager een terug te betalen voorschot heeft gegeven voor tijdens transport ontstane schade aan zijn spullen, betekent niet dat die inrichting aansprakelijkheid heeft erkend. Verzendende inrichting is aansprakelijk. Beroep gegrond, geen tegemoetkoming, opdracht verzendende inrichting ervoor te zorgen dat situatie wordt opgelost.

RSJ 24 mei 2016, 16/0817/JA
Aansprakelijkheid voor dozen met eigendommen van klager is overgegaan op de ontvangende inrichting. Klager had derhalve zijn klaagschrift moeten indienen bij de commissie van toezicht van die inrichting. Beklag ter verdere behandeling verwezen naar beklagcommissie Het Keerpunt. 

Disciplinaire straf naar aanleiding van gedrag tijdens transport
RSJ R-19/3424/GA, 12 november 2020

Beroep directeur. Disciplinaire straf van vijf dagen opsluiting in een strafcel voor verbale agressie en het creëren van een gevaarlijke situatie tijdens vervoer met DV&O niet onredelijk. Beroep directeur in zoverre gegrond. De wet schrijft dwingend voor dat een inrichtingsarts wordt geraadpleegd indien een disciplinaire straf met cameratoezicht wordt opgelegd. Beroep directeur in zoverre ongegrond. Tegemoetkoming €12,50.

RSJ R-19/4186/GA, 31 december 2019
Directeur is bevoegd disciplinair te straffen n.a.v. incident tijdens vervoer met DV&O. In de situatie zoals klager die van meet af aan heeft beschreven, heeft hij geen mogelijkheid gehad de medegedetineerde te stoppen of de camera vrij te maken. Aannemelijk dat klager geen aandeel heeft gehad in het ontstaan van de mogelijkheid tot ontvluchting. Beroep directeur ongegrond, bevestiging met wijziging van de gronden.

RSJ 8 januari 2018, 17/1769/GA

Hoewel sprake is van strafwaardige gedragingen waaronder het opzettelijk urineren in de transportbus, is aan klager een ordemaatregel opgelegd. Directeur heeft echter niet onderbouwd en ook anderszins is niet gebleken waarom is gekozen voor het opleggen van een ordemaatregel. Geen aanleiding voor toekennen tegemoetkoming nu directeur in redelijkheid kon reageren op klagers gedrag. Beroep gegrond.

RSJ 28 april 2017, 16/4280/GA

Termijnoverschrijding tussen aanzeggen en afhandeling verslag wegens late ontvangst verslag door directeur onvoldoende onderbouwd. DV&O heeft eerder incident en aanzegging mondeling gemeld. Om die reden beroep en beklag gegrond. Oplegging disciplinaire straf niet onredelijk, om die reden tegemoetkoming € 10,=

 

RSJ 10 oktober 2013, 13/1996/GA
Het beklag betreft een disciplinaire straf van acht dagen opsluiting in een strafcel, omdat klager tijdens het transport naar het ziekenhuis meerdere keren het personeel van DV&O (met de dood) heeft bedreigd, hij naar het personeel heeft geschopt en hij fysiek verzet heeft gepleegd. De inhoud van de twee verslagen van de beide transportbegeleiders komt overeen. Voldoende aannemelijk dat klager zich, tijdens transport, heeft gedragen op wijze die onverenigbaar is met ongestoorde tenuitvoerlegging vrijheidsbeneming. Beroep ongegrond.

25 september 2012, KC 2012/126
Verkeersgevaarlijk gedrag tijdens transport en verbaal agressief gedrag jegens parketwachters en het inrichtingspersoneel kunnen de oplegging van een disciplinaire straf naar aanleiding van dit incident tijdens het vervoer rechtvaardigen. Klacht gegrond met een tegemoetkoming van € 60,--.