Opnieuw zoeken

Sla inhoud over

KC 2008/014

Datum uitspraak:
24/05/2007
Artikel:
23 Pbw, 24 Pbw, 24a Pbw
Samenvatting:
Klager beklaagt zich over plaatsing in afzondering voor de duur van anderhalve dag. Klager is in isoleercel geplaatst op verdenking inname contrabande tijdens het bezoek. Standaardprocedure is gevolgd door plaatsing gedetineerde op strafcel gedurende twee maal 24 uur met cameratoezicht. Nadat klager tweemaal schone ontlasting had geproduceerd is hij weer in zijn eigen cel geplaatst. De plaatsing heeft niet langer geduurd dan noodzakelijk. De plaatsing in afzondering is aldus niet in strijd met enige wettelijke bepaling dan wel onredelijk of onbillijk. Klacht ongegrond.
Uitspraak:

DE BEKLAGCOMMISSIE UIT DE COMMISSIE VAN TOEZICHT BIJ […] TE […]

De alleensprekende beklagrechter heeft kennis genomen van het op 14 maart 2007 bij het secretariaat ingekomen klaagschrift van:

[…], verder te noemen klager.

Het klaagschrift, gedateerd 1 maart 2007, is gericht tegen de beslissing van de directeur d.d. 27 februari 2007.

De directeur heeft schriftelijk gereageerd. Klager heeft van deze reactie kennis kunnen nemen.

De klacht is behandeld ter zitting van 24 mei 2007 in het bijzijn van het afdelingshoofd […].

Klager heeft inmiddels de inrichting verlaten maar wel aangegeven zijn klacht te willen handhaven. Hij heeft een oproep op zijn huisadres gekregen, maar is niet ter zitting verschenen. Aangenomen wordt dat hij daarmee afstand heeft gedaan van zijn recht om gehoord te worden en de klacht zal behandeld worden zonder zijn aanwezigheid.

Beslissing van de directeur
Op 27 februari 2007 is aan klager een ordemaatregel opgelegd van 7 dagen observatie door middel van cameratoezicht. De beslissing is genomen op grond van de overweging dat klager tijdens zijn bezoek vermoedelijk contrabanden heeft ingeslikt. Voor zijn eigen veiligheid is hij geplaatst in de cameraobservatie met zeef. Indien hij 2 keer schone ontlasting heeft geproduceerd kan hij terugkeren naar zijn eigen cel. Indien van toepassing zal dagelijks door een gedragsdeskundige worden bekeken of de maatregel gehandhaafd dient te worden.

Standpunt klager
Klager heeft aangegeven dat hij het niet eens is met de plaatsing in de isoleercel. Hij heeft 1 ½ dag voor niets gezeten.

Standpunt directie
Klager is volgens procedure geplaatst in de strafcel op maatregel en cameraobservatie omdat personeel geconstateerd heeft dat hij iets (contrabanden) heeft ingeslikt. Binnen 2 dagen heeft hij twee keer schone ontlasting geproduceerd, waarop klager op donderdagmiddag 1 maart is teruggeplaatst naar zijn reguliere cel. Er is verder geen sanctie opgelegd. Ter zitting is nog toegelicht dat dit een standaardprocedure is wanneer er een vermoeden is van het inslikken van contrabanden. Het cameratoezicht is voor de veiligheid van klager. De regel is dat er 2 keer 24 uur wordt opgelegd, maar in dit geval is klager na 1 ½ dag weer teruggeplaatst naar zijn cel omdat hij 2 keer schone ontlasting had geproduceerd.

Beoordeling
Artikel 23 lid 1 Penitentiaire beginselenwet (Pbw) bepaalt dat de directeur een gedetineerde kan uitsluiten van deelname aan een of meer activiteiten indien dit in het belang is van onder andere de handhaving van de orde of de veiligheid van de inrichting of indien dit ter bescherming van de betrokken gedetineerde noodzakelijk is.

Artikel 24 lid 1 Pbw bepaalt dat de directeur tevens bevoegd is een gedetineerde in afzondering te plaatsen op bovengenoemde gronden.

Artikel 24a lid 1 Pbw geeft aan dat de directeur kan bepalen dat een gedetineerde die in aan afzonderingscel verblijft dag en nacht door een camera wordt geobserveerd, indien dit ter bescherming van de geestelijke of lichamelijke toestand van de gedetineerde noodzakelijk is.

Uit het schriftelijk verslag is gebleken dat een personeelslid heeft waargenomen dat klager tijdens het bezoek iets wits pakte uit de portemonnee die op tafel lag en dit in zijn mond deed en doorslikte met een slok drinken. Dit is door klager niet weersproken. Het is standaardprocedure om de gedetineerde 2 keer 24 uur in afzondering te plaatsen met cameratoezicht wanneer er een vermoeden is dat contrabanden zijn ingeslikt. In dit geval is de standaardprocedure gevolgd naar aanleiding van hetgeen was waargenomen door het personeelslid. Nadat klager 2 keer schone ontlasting had geproduceerd is hij teruggeplaatst naar zijn eigen cel, waardoor de plaatsing ook niet langer heeft geduurd dan noodzakelijk was. Er is vervolgens geen sanctie aan klager opgelegd.

De beklagrechter is van oordeel dat de beslissing om klager op grond van een ordemaatregel in afzondering te plaatsen niet in strijd was met de bovengenoemde wettelijke bepalingen. Tevens kan niet gezegd worden dat de maatregel onredelijk of onbillijk is geweest, zeker nu deze niet langer heeft geduurd dan noodzakelijk. Het beklag dient derhalve ongegrond te worden verklaard.

BESLISSING
De beklagrechter verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door de beklagrechter […], bijgestaan door […], secretaris, op juni 2007.