Opnieuw zoeken

Sla inhoud over

KC 2022/005

Datum uitspraak:
02/03/2022
Artikel:
Artikel 44 Pbw
Samenvatting:
De klacht ziet op problemen rondom de winkelbestellingen. De beklagrechter kan niet ingaan op specifieke producten, maar behandelt de klacht in het algemeen als een klacht gericht tegen het niet voldoen aan de zorgplicht voor persoonlijke en/of materiële verzorging door de directie. De beklagrechter komt tot de conclusie dat niet is gebleken dat de directeur onvoldoende invulling heeft gegeven aan de zorgplicht. De beklagrechter verklaart het beklag daarom ongegrond op de punten ‘te korte houdbaarheid voorgesneden verse groenten, zuivelproducten en bananen’, ‘verkoop na uiterste verkoopdatum  of producten waarvan onduidelijk is wat de houdbaarheid is’, ‘te beperkt aanbod van rookwaar’, verzorgingsproducten niet leverbaar’, ‘bestellen van vers vlees en vleesproducten niet mogelijk in HvB’, ’hoge winkelprijzen’ en ‘lang wachten op bestellingen’. Ondanks het feit dat de klacht ongegrond wordt verklaard is de beklagrechter wel van oordeel dat de problemen die bij de winkel zijn ontstaan niet alleen kunnen worden afgewenteld op de gedetineerden. De beklagrechter doet de dringende aanbeveling een snackdag te organiseren. De directie heeft inmiddels teruggekoppeld dat zij aan de aanbeveling gehoor wil geven op een passende wijze.
Uitspraak:

BEKLAGCOMMISSIE UIT DE COMMISSIE VAN TOEZICHT BIJ DE PENITENTIAIRE INRICHTINGEN ZUID-OOST LOCATIE ROERMOND 

UITSPRAAK

van de alleensprekende beklagrechter uit de commissie van toezicht bij de Penitentiaire Inrichtingen Zuid-Oost, locatie Roermond naar aanlei­ding van het indienen van het klaagschrift van:
                             

De heer […]

Klager verbleef in P.I. Roermond op het moment dat hij het beklag indiende.

ALGEMEEN

  • Op 27 oktober 2021 is een klaagschrift opgesteld, waarin klager klaagt over de winkelbestellingen. Dit klaagschrift is op 29 oktober 2021 door het secretariaat ontvangen.
  • Op 9 november 2021 heeft mr. S.N.M. Lousberg, advocate te Maastricht, een e-mail gezonden waarin zij zich stelt als raadsvrouw van klager. Zij heeft de gronden van de klacht aangevuld.
  • De directie van genoemde inrichting heeft op 27 januari 2022 gereageerd middels schriftelijke inlichtingen en opmerkingen, waarin het standpunt van de directie is weergegeven. Deze reactie is ontvangen op 27 januari 2022.

De inhoud van deze stukken maakt onderdeel uit van deze uitspraak.

In verband met de uitbraak van het coronavirus (COVID-19) zijn tal van landelijke maatregelen getroffen, waaronder het zoveel mogelijk sluiten van de P.I.’s voor externen. Om grote achterstanden bij de beklagzittingen te voorkomen is besloten om kritisch te bekijken of in een zaak voldoende informatie voorhanden is om tot een beslissing te komen zonder mondelinge behandeling, dan wel of een zaak alsnog voor het inwinnen van nadere informatie alsnog mondeling behandeld moet worden. Hoewel de maatregelen inmiddels versoepeld zijn, is het vanwege de ontstane achterstanden door de genoemde maatregelen nog steeds niet mogelijk alle zaken op zitting te behandelen. Op basis van de overgelegde stukken is de voorzitter van de CvT van oordeel dat in deze zaak voldoende informatie voorhanden is voor het schriftelijk nemen van een beslissing en dat een nadere mondelinge behandeling niet nodig is.

ONDERWERP

Groepsklacht over misstanden in de gevangeniswinkel, waarvoor de directie verantwoordelijk wordt geacht.

STANDPUNT VAN KLAGER

Er zijn al weken lang misstanden in de inrichtingswinkel. Ondanks de beloften van de directie wordt er niets aan gedaan om deze misstanden weg te nemen.

Het gaat onder meer om het volgende:

  1. De voorgesneden verse groenten zijn bij levering maximaal 1 tot 2 dagen bruikbaar;
  2. De zuivelproducten zijn bij levering maximaal 1 tot 2 dagen houdbaar;
  3. De bananen (van 10 tot 12 cm) zijn vaak zelfs op de dag van levering niet meer eetbaar; Daarnaast wordt voor bananen een woekerprijs gevraagd. In vergelijking: de 1e klas bananen bij de Jumbo worden verkocht voor een vaste prijs van € 0,99;
  4. Er worden artikelen afgeleverd waarbij de uiterste verkoopdatum is verstreken. Men heeft daar een nieuwe sticker overheen geplakt. Hiervan heeft een afdelingshoofd foto’s gemaakt. Het betrof onder andere witte bolletjes;
  5. Iedere week worden eierkoeken aangeleverd waarvan de houdbaarheidsdatum is verstreken;
  6. Regelmatig worden eieren geleverd waarbij de houdbaarheidssticker is verwijderd. Dit is levensgevaarlijk;
  7. Er is een te beperkt aanbod van rookwaar. Als een merk niet leverbaar is, wordt er geen vervangend product aangeboden. Als de potten shag van 120 gram niet leverbaar zijn, wordt dit niet vervangen door 3 pakjes shag van 40 gram. Het is vreemd dat deze potten niet leverbaar zijn, als de daarbij behorende hulzen en hulzenstoppers wel verkrijgbaar zijn;
  8. Verzorgingsproducten zoals shampoo, douchegel en mondwater zijn wekelijks niet leverbaar. Het mondwater is zelfs al 2 maanden niet leverbaar;
  9. De winkelprijzen van de nieuwe leverancier zijn een stuk hoger. Daarnaast is het niet logisch dat een anderhalve liter fles blauwe Spa duurder is dan een zelfde fles rode Spa;
  10. Op maandag voor 15.00 uur moet de winkellijst worden ingeleverd. De levering volgt de week daarna op vrijdag. Als een product niet leverbaar is, zie je dat te laat. Het komt voor dat je dan 3 weken moet wachten op je bestelling.

Het personeel heeft wekelijks problemen door de winkelbestellingen die niet kloppen. Zij hebben dit aangekaart bij de directie. Desondanks onderneemt de directie geen actie.  

De directeur heeft ervoor gezorgd dat er geen vers vlees meer kan worden besteld in het Huis van Bewaring. Zij is van mening dat er in de geleverde maaltijden voldoende vlees zit. Alle vleesproducten zijn inmiddels van de winkellijst afgehaald, maar ook kant en klare vleesproducten die slechts hoeven te worden opgewarmd in de magnetron zoals saté, gehaktballen, kippendijen en kippenpoten.

Zij heeft beloofd dat op de nieuwe winkellijst een uitgebreider assortiment terug zou keren.

De directeur heeft daarnaast beloofd dat er vanaf januari elke 6 weken een snackdag zou worden geregeld in samenwerking met de Gedeco.

De raadsvrouw heeft aanvullend het volgende aangevoerd.

Klager heeft bami snijgroenten besteld. Deze aankoop is op 15 oktober 2021 al met het saldo van klager verrekend, terwijl de bestelling pas op 22 oktober 2021 wordt uitgeleverd.  De groenten zijn dan nog maar 1 dag houdbaar, terwijl klager ze al ruim van te voeren heeft besteld. Ook de eieren worden aangeleverd, terwijl die nog zeer kort houdbaar zijn na aanlevering.

Het komt ook voor dat klager een winterpeen heeft besteld maar dat hij, omdat deze niet leverbaar is, een groene paprika geleverd krijgt.

Klager heeft verder op 19 oktober 2021 twee potten shag van 120 gram besteld. Hij heeft in plaats daarvan twee pakjes shag ontvangen van 40 gram elk. Dit heeft nadelige gevolgen voor klager. De bestellingen voor de winkel mogen slechts een keer per week worden doorgegeven. Klager kan de shag maar een keer er twee weken bestellen vanwege het maximaal te besteden bedrag van € 100,--. Omdat klager nu fors minder shag heeft ontvangen dan besteld- en gelet op de voornoemde motivering niet vaker of meer shag kan en mag bestellen, zit klager drie weken zonder shag. Dit probleem is aangekaart bij de directie, maar er is niets opgelost. 

STANDPUNT VAN DE DIRECTEUR

Klager, en met hem vele andere gedetineerden, beklaagt zich over een aantal zaken die mis gaan met de gevangeniswinkel. Deze klachten worden herkend.

Gesteld kan worden dat deze klacht niet gaat over een beslissing die jegens klager is genomen door de directeur zoals bedoeld in art 60 van de Penitentiaire Beginselenwet (PBW). Het feit dat dit derhalve niet beklagwaardig is ontslaat de directeur natuurlijk niet van zijn zorgplicht. De kwestie in casu is nu of de directeur er alles aan heeft gedaan om alle klachten die er zijn binnen zijn bevoegdheid op te lossen dan wel daar neer te leggen waar de verantwoordelijkheid ligt.

Hieronder gaat de directeur in op de verschillende onderdelen van de klachten die er zijn m.b.t. de gevangeniswinkel.

  • De groenten zijn nog maar kort houdbaar. Deze klacht wordt in zijn algemeenheid niet door de winkelier herkend. De groenten komen van de groothandel en worden voor uitlevering gecontroleerd op houdbaarheid. Indien de houdbaarheidsdatum verlopen is of binnen een dag gaat verlopen wordt deze teruggestuurd naar de groothandel. Mocht er onverhoopt toch een product uitgeleverd worden waarvan de datum is verlopen (wat eigenlijk niet mogelijk zou moeten zijn) dan kan klager dat terug geven en zal het betaalde bedrag gecrediteerd worden Voor de goede orde, In de Europese aanbesteding van deze producten moet de groothandel groenten leveren met een THT datum van tenminste 4 dagen. Er zit wel minimaal een dag tussen de levering aan de P.I. via de groothandel en de uitlevering van de winkel aan de inrichting.
  • Eenzelfde regeling geldt voor de zuivelproducten. Voor zuivelproducten moet tevens vermeld worden dat de groothandel deze producten een tijd niet op voorraad had en deze zuivelproducten met grote regelmaat niet leverde aan onze gevangeniswinkel. Hierover is steeds contact geweest met de groothandel en DJI heeft zelfs met rechtszaken gedreigd om hier verbetering in aan te brengen. Voor de goede orde; In de Europese aanbesteding van zuivel moet de groothandel leveren met een THT datum van tenminste 6 dagen. Er zit wel minimaal een dag tussen de levering aan de P.I. via de groothandel en de uitlevering van de winkel aan de inrichting.
  • Voor fruit geldt, net zoals bij andere versproducten, dat dit bij levering eetbaar moet zijn. Indien, zoals een veel genoemd voorbeeld, de bananen ten tijde van de uitlevering op de afdeling, al overrijp zijn en daarom niet meer eetbaar, dan kunnen deze producten worden teruggegeven. Dit blijft overigens altijd een arbitrair begrip omdat niet iedereen hier hetzelfde over denkt. Ook moet gesteld worden dat de winkel 2 soorten bananen levert. Normale (eet) bananen horen geel te zijn maar bakbananen zijn donker. Hierdoor lijkt het alsof ze al over de datum zijn.
  • Sommige gedetineerden zeggen dat er stickers geplakt worden over de houdbaarheidsdatum. Er worden door de P.I. (justitiepersoneel of door in de winkel werkende gedetineerden) geen stickers over houdbaarheidsdatums geplakt. Er is slecht 1 geval bekend dat er in de bakkerij een fout was gemaakt en dat er een juiste datum op de zak is geplakt. De oude datum klopte niet, de sticker wel. Dit is nooit meer voor gekomen en wordt ook niet op andere producten toegepast.
  • Er wordt door sommige gedetineerden gesteld dat ook eierkoeken een zeer beperkte houdbaarheidsdatum hebben. In zijn algemeenheid klopt dit omdat de eierkoeken vers van de bakker komen. Op de eierkoeken staan 2 datums. De datum van verkoop aan Justitie en een THT datum. Na verkoop aan Justitie hebben de koeken nog een THT datum van minimaal 5 dagen.
  • Tot slot wordt er gesteld dat de sticker met daarop de houdbaarheidsdatum van de eieren vaak is verwijderd. Het klopt dat er soms geen sticker zit op de eieren als ze bij de gedetineerden worden afgeleverd. Dat heeft niet met onwil te maken maar door de koeling worden de stickers die op de eieren zitten vochtig en het kan gebeuren dat er een enkele keer een sticker van de eieren valt. Indien dat het geval is kan men zien bij andere geleverde eieren uit dezelfde levering of de houdbaarheidsdatum klopt. Er worden geen eieren uitgeleverd die over de datum zijn.

Er wordt ook geklaagd over de rookwaren. Rookwaren zijn bijna altijd op voorraad. Van Nelle of Brandaris wordt minder afgenomen. Een enkele keer is die shag niet voorradig maar indien men rookwaren bestelt die niet voorradig zijn, wordt er geen ander merk geleverd om klachten te voorkomen. Rookwaren zijn namelijk erg merkgevoelig. In overleg kan er wel een ander merk geleverd worden. Men dient dan wel over voldoende saldo te beschikken op het moment dat de winkelkratten worden gevuld.

Postzegels en rookwaren hebben prioriteit. Ook hiervoor geldt dat er wel voldoende saldo moet zijn. Daarna wordt de lijst gescand op overige producten.

Er zijn ook veel klachten over de verzorgingsproducten. Deze klacht herkennen we. De groothandel heeft vele weken deze verzorgingsproducten niet aan Justitie kunnen leveren terwijl ze daar contractueel wel toe verplicht waren. De directie heeft opdracht gegeven op een gegeven moment (als alternatief) deze producten bij de lokale Jumbo te gaan halen omdat de groothandel in gebreke bleef. Ook de lokale Jumbo’s konden niet voldoende producten leveren om aan de vraag te voldoen. Door te dreigen met rechtszaken is de groothandel inmiddels beter in staat om deze producten te leveren

Tot slot een algemene klacht over de prijzen. Sommige prijzen zijn gedaald ten opzichte van onze vorige leverancier en andere prijzen zijn gestegen. De lokale directie heeft daar geen invloed op. De prijzen staan vermeld op het bestelformulier en men kan zelf kiezen of ze het product voor die prijs willen kopen of niet.

Het kan in ieder geval niet zo zijn dat er een andere prijs van de rekening courant wordt afgeschreven dan dat er besteld is. Indien dat wel het geval is zal op individuele basis dit gecorrigeerd worden. In sommige gevallen is dat ook inderdaad gebeurd.

Het feit dat er enige tijd zit tussen bestellen en uitlevering heeft met het computersysteem te maken va DJI. Ook daar gaat de lokale directie niet over en dit is landelijk bepaald. Hier is geen verandering in opgetreden bij wisseling van leverancier.

In sommige klachten wordt vermeld dat men nu niet te eten heeft omdat de winkel in gebreke blijft met haar levering. Dit is niet juist. Het Ministerie van Justitie heeft voor iedere gedetineerde voldoende voedsel. Men krijgt van Rijkswege de voeding verstrekt (inclusief brood en weekverstrekking). De producten in de winkel moeten worden gezien als een aanvulling. Desalniettemin is het wel belangrijk dat de winkel de producten die ze aanbiedt ook daadwerkelijk levert.

De directie heeft wekelijks gerappelleerd bij In-made, de directeur gevangeniswezen en de groothandel over bovenstaande problematiek. Gesteld moet ook worden dat de leveringsbetrouwbaarheid de laatste weken is toegenomen. Bijna alle producten worden inmiddels volgens contract geleverd.

Indien spullen desondanks niet zijn geleverd maar wel zijn afgerekend dan worden deze gecrediteerd. De directeur zorgt er voor dat dit gebeurd maar kan de termijnen waarop dat gebeurd niet versnellen omdat anderen (rekening courant van het SSC) hiervoor verantwoordelijk zijn. Dit geldt voor iedere gedetineerde in een Nederlandse gevangenis.

Nu klager klaagt over een voor iedere gedetineerde vervelende omstandigheid en niet over een jegens hem door de directeur genomen beslissing wordt verzocht de klacht niet ontvankelijk te verklaren. De directeur heeft alles gedaan wat in zijn macht ligt om deze situatie te verbeteren en zal de komende tijd de situatie nauwlettend volgen. De directeur zal in het overleg dat hij/zij heeft met de Gedeco de stand van zaken periodiek terugkoppelen.

BEOORDELING

Ontvankelijkheid van de klacht

Op grond van artikel 44, vijfde lid van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) draagt de directeur de zorg voor regels over de aankoop door gedetineerden van andere gebruiksartikelen dan die door de directeur ter beschikking worden gesteld. In de rechtspraak van de beroepscommissie (RSJ) is aangenomen dat de directeur onder meer op grond van voornoemde bepaling van de Pbw er zorg voor draagt dat leveringen vanuit de inrichtingswinkel op adequate wijze door diens personeel worden uitgevoerd.[1]. Uit de uitspraak van de RSJ van 26 maart 2018[2] volgt verder dat de zorgplicht van de directeur ook met betrekking tot het landelijk systeem zo ver draagt dat over het niet of niet goed uitvoeren van leveringen vanuit de landelijke winkel kan worden geklaagd, zoals bedoeld in artikel 60, eerste lid van de Pbw. De klacht is daarom ontvankelijk, met andere woorden: de klacht wordt inhoudelijk behandeld.

Opmerking vooraf

De beklagrechter merkt allereerst op dat tijdens de vergadering met de Commissie van Toezicht van oktober 2021 de directie melding heeft gemaakt van problemen met de winkel. De directeur meldde dat sinds half juli 2021 er een nieuwe leverancier is, die met ernstige opstartproblemen te kampen heeft. De vestigingsdirecteur heeft vervolgens opdracht gegeven dat bij de plaatselijke Jumbo artikelen te kopen die niet door de leverancier geleverd konden worden. Verder heeft de directeur er  team opgezet om dit probleem op te lossen. Dit heeft echter kennelijk niet direct geleid tot een verbetering van de situatie, want inmiddels hebben in oktober 2021 ongeveer 60 gedetineerden geklaagd over de leveringen en de wijze waarop de directeur omgaat met de problemen.

De door de beklagrechter te beantwoorden vraag

De beklagrechter merkt op dat klager zijn beklag op diverse punten niet feitelijk heeft onderbouwd, omdat klager niet heeft aangegeven welke producten, die hij op een bepaalde datum heeft besteld, niet zijn geleverd of te dicht op of over de uiterlijke houdbaarheidsdatum of uiterste verkoopdatum waren.

Klager heeft gesteld dat hij op 15 oktober 2021 al heeft betaald voor goederen die pas op 22 oktober 2021 zijn geleverd.

Klager stelt daarnaast dat op 22 oktober 2021 groente is geleverd dat nog slechts een dag houdbaar was, en dat er sprake was van een levering van een groene paprika, terwijl er om de levering van een winterpeen was gevraagd. Ook de levering van shag zou niet goed gaan. Klager krijgt aanzienlijk minder geleverd dan hij heeft besteld. Klager heeft deze stellingen niet ondersteund door een bestellijst of een kopie van zijn rekening-courant te overleggen. De beklagrechter kan dan ook niet beoordelen of de stellingen van klager juist zijn. Het beklag wordt op deze punten daarom ongegrond verklaard.

De beklagrechter kan niet vaststellen aan de hand van het originele beklag of van andere specifieke producten nalevering door de directeur geboden was. Ook heeft klager niet aangetoond dat hij voor bepaalde producten die hij heeft besteld te veel heeft moeten betalen, bijvoorbeeld door het overleggen van de bestellijst en de afrekening. De beklagrechter kan dus niet ingaan op specifieke producten, maar behandelt de klacht verder in het algemeen als een klacht gericht tegen het niet voldoen aan de zorgplicht voor persoonlijke en/of materiële verzorging door de directie.

De vraag die dus moet worden beantwoord, is of de directeur in dit geval voldoende invulling heeft gegeven aan zijn zorgplicht.

Algemene beoordeling van de klacht

Zoals uit de jurisprudentie volgt,[3] gaat de zorgplicht van de directeur niet zo ver dat de directeur in het algemeen verplicht is om door de winkel niet, niet volledig of niet deugdelijk geleverde artikelen na te leveren. Afhankelijk van de omstandigheden en als aantoonbare schade voor de gedetineerde is te verwachten, kan dit echter wel nodig zijn.

In de zaak van klager bestond deze verplichting voor de directeur niet, omdat klager een algemeen probleem benoemt, namelijk dat er structureel dingen misgaan bij de levering van de producten door de winkel.

De directie heeft in het algemeen aangevoerd dat, ter voldoening aan de zorgplicht, wekelijks is gerappelleerd bij In-made, de directeur gevangeniswezen en de groothandel over de problematiek. In samenhang met hetgeen de beklagrechter hiervoor als opmerking vooraf heeft geplaatst, constateert de beklagrechter dat de directie de problematiek heeft onderkend en daarop actie heeft ondernomen. De acties die de directeur heeft ondernomen (bovengenoemd overleg, team aanwijzen om de problemen op te lossen, producten proberen in te kopen bij de plaatselijke supermarkt) zijn in het algemeen voldoende om te kunnen zeggen dat de directie aan de zorgplicht heeft voldaan.

Beoordeling van de verschillende onderdelen van de klacht

Voor de overzichtelijkheid staat hieronder een samenvatting van de verschillende onderdelen van de klacht met daarachter een samenvatting van het standpunt van de directie. Daarna gaat de beklagrechter in op deze onderdelen.

SAMENVATTING KLACHT SAMENVATTING STANDPUNT DIRECTIE
Te korte houdbaarheid voorgesneden verse groenten, zuivelproducten en bananen.

Klacht wordt niet herkend (wordt voor uitlevering gecontroleerd en teruggestuurd als houdbaarheidsdatum te kort is). Mocht het toch voorkomen, dan wordt betaalde bedrag teruggegeven. Zuivelproducten waren een tijd niet op voorraad en werden met grote regelmaat niet geleverd. Hierover is door DJI met rechtszaken gedreigd.

Fruit moet bij levering eetbaar zijn. Overrijpe producten kunnen worden teruggegeven (n.b.: er zijn ook donkere bakbananen die niet moeten worden verward met de gele bananen).

Verkoop na uiterste verkoopdatum (witte bolletjes, eierkoeken) of producten waarvan onduidelijk is wat de houdbaarheid is (eieren). Er worden geen stickers over houdbaarheidsdatum geplakt (m.u.v. 1 situatie waarin juist de goede datum over een verkeerde datum is geplakt). Eierkoeken zijn vers en daarom beperkt houdbaar. Door de koeling kunnen stickers vochtig worden en van eieren afvallen. De houdbaarheidsdatum kan dan worden gecontroleerd bij andere eieren uit dezelfde levering.
Te beperkt aanbod van rookwaar. Rookwaren zijn bijna altijd op voorraad. Een enkele keer is dat niet het geval, maar dan wordt er geen ander merk geleverd omdat rookwaren heel merkgevoelig zijn. In overleg kan wel een ander merk geleverd worden.
Verzorgingsproducten niet leverbaar (shampoo, douchegel, mondwater). Klacht wordt herkend. Groothandel kon dit vele weken niet leveren. Op een gegeven moment heeft de directie deze producten bij de plaatselijke supermarkt laten halen, maar die kon aan die vraag niet voldoen. Er is gedreigd met rechtszaken tegen de groothandel en nu is het verbeterd.
Bestellen van vers vlees en vleesproducten niet mogelijk in HvB. In het HvB is geen keuken beschikbaar en verse vleesbereiding in magnetron is slecht mogelijk
Hoge winkelprijzen (in het algemeen stuk hoger bij nieuwe leverancier, in het bijzonder: bananen, Spa blauw duurder dan Spa rood). Sommige prijzen zijn gedaald, andere gestegen. Lokale directie heeft daar geen invloed op. De prijzen staan op het bestelformulier, dus men kan zelf kiezen of men het voor die prijs wil kopen.
Lang wachten op bestellingen (pas laat duidelijk als een product niet leverbaar is). Dit ligt aan het computersysteem van DJI (landelijk, dus daar gaat de directie niet over). Dit is ook niet veranderd door de wisseling van winkelleverancier.


Houdbaarheid producten

Uit het verweer van de directie blijkt dat in de Europese aanbesteding is vastgelegd dat de groothandel groenten mag aanleveren met een THT datum van tenminste 4 dagen. De gedetineerden krijgen een dag later groente uitgeleverd.

In de Europese aanbesteding voor zuivel is vastgelegd dat er een THT datum van ten minste 6 dagen geldt. Ook hier wordt zuivel een dag later uitgeleverd bij gedetineerden.

Voor fruit geldt dat het eetbaar moet zijn.

Uit het verweer blijkt verder dat een gedetineerde producten terug kan geven. Dit kan alleen bij het uitleveren van de winkelbox. In hoofdstuk 3.7 van de huisregels staat vermeld dat een gedetineerde bij ontvangst zelf de verantwoordlelijkheid heeft om de inhoud en de rekening van de box te controleren. Wanneer de geleverde winkelbestelling niet klopt moet dit direct gemeld worden bij het personeel. Als de winkelbestelling in orde is, wordt de factuur getekend. Indien er iets niet klopt met de geleverde winkelartikelen en de factuur is al ondertekend, dan kan er niet meer worden gereclameerd tegen een vermeende fout van de leverancier.

Kortom: bij het uitleveren van de winkelbox kan een gedetineerde producten die worden geleverd te kort voor de uiterste houdbaarheidsdatum terugsturen, als gedetineerde dit meteen meldt bij het personeel. De waarde van deze producten wordt terugbetaald. Als de gedetineerde de factuur heeft getekend en bij het uitpakken in de cel tekortkomingen constateert is hij te laat.

De beklagrechter is van oordeel dat op deze wijze de directeur voldoet aan de zorgplicht. Niet gebleken is dat wanneer iets op deze manier meteen gemeld werd bij het personeel, er geen actie is ondernomen (terugnemen van het product en terugbetalen aan de gedetineerde).

Verkoop na houdbaarheidsdatum

Uit het verweer van de directie blijkt dat er geen sprake is geweest van verkoop na de houdbaarheidsdatum. Slechts één maal is een sticker geplakt over een andere omdat de onderste sticker een onjuiste datum vermeldde. De beklagrechter overweegt dat door deze werkwijze de schijn kan worden gewekt dat er wordt gerommeld. Het is in een dergelijk geval beter om de oude sticker te verwijderen. Dat er daadwerkelijk is gerommeld, is de beklagrechter echter niet gebleken.

Het kan de directie niet worden verweten dat stickers door vochtigheid van producten loslaten. Bij twijfel kan de gedetineerde het product teruggeven.

Rookwaar

De beklagrechter overweegt dat rookwaar voor gedetineerden die roken zeer belangrijk is. Het niet voorradig zijn van rookwaar is daarom iets wat zoveel mogelijk moet worden voorkomen. Het kan de directie echter niet worden verweten dat de rookwaar die gewenst wordt, niet altijd beschikbaar is. Daarnaast is het uitleveren van een ander merk niet een optie die direct moet worden gekozen, gelet op de merkentrouwheid van de meeste rokers.

Ook in dit geval is de beklagrechter van oordeel dat de directie voldoet aan de zorgplicht.

Verzorgingsproducten

Van gedetineerden wordt verlangd dat zij zichzelf goed verzorgen. In beperkte mate worden op verzoek van de gedetineerde shampoo, zeep, tandpasta, tandenborstel, kam, toiletpapier en scheergerei verstrekt. Deze en andere verzorgingsproducten kunnen ook via de winkel worden aangeschaft.[4]

De beklagrechter overweegt dat het voor gedetineerden zwaar is, als men zichzelf niet goed kan verzorgen, door het ontbreken van verzorgingsproducten, zeker als dit een lange periode betreft. Gedetineerden mogen deze producten niet via het bezoek laten invoeren en zijn dus afhankelijk van de leveringen van de inrichtingswinkel. De beklagrechter heeft vernomen dat de directie de groothandel meerdere keren heeft aangesproken op zijn leveringsverplichtingen. Daarnaast heeft de directie bij wijze van uitzondering verzorgingsproducten aangekocht bij een plaatselijke supermarkt. De beklagrechter is van oordeel dat de directie er daarmee alles aan heeft gedaan om te voldoen aan de zorgplicht. Eigenlijk is het een kwestie van overmacht dat het toch niet goed gegaan is.

 

Vlees en vleesproducten

Klager stelt dat de directeur zelfstandig verantwoordelijk is voor het niet meer kunnen bestellen van vlees door gedetineerden die in het Huis van Bewaring zitten. Dit is een algemeen geldende regel. In het Huis van Bewaring is geen keuken, zodat er geen vers vlees kan worden bereid. De gedetineerden krijgen dagelijks een warme maaltijd uitgereikt, die voldoet aan de eisen die aan een dergelijke maaltijd gesteld worden door het Voedingscentrum.

De winkelbestellingen zijn een aanvulling op de voeding die van rijkswege wordt verstrekt. Klager heeft in zijn algemeenheid gesteld dat diverse vleesproducten die in de magnetron opgewarmd kunnen worden niet meer leverbaar zijn, maar niet specifiek aangegeven wanneer deze producten niet meer leverbaar zouden zijn.

Winkelprijzen

De beklagrechter overweegt dat de directeur geen invloed heeft op de prijzen die worden gevraagd voor de bestellingen. Wel is de directeur ervoor verantwoordelijk dat de producten worden geleverd voor de prijzen die op de bestellijst staan vermeld. Een tussentijdse verhoging moet dan ook worden verrekend. De beklagrechter heeft begrepen dat de directeur ervoor zorgt dat het teveel betaalde wordt gecrediteerd. De uitvoering wordt echter niet door de directeur gedaan, maar door het Shared Service Centre van DJI. De snelheid waarmee een eventuele terugbetaling gebeurd, ligt buiten de invloedssfeer van de directeur.

Levertermijnen

Voor wat betreft de termijn gelegen tussen het inleveren van de bestellijst en de uiteindelijke levering overweegt de beklagrechter dat dit gaat om een systematiek die voor alle gedetineerden geldt. Het betreft een algemene regeling en niet een beslissing die klager alleen betreft. De directie heeft hierop geen invloed en dit hoort daarom ook niet tot de zorgplicht van de directeur.

Conclusie

Gelet op het voorgaande is de beklagrechter van oordeel dat niet is gebleken dat de directeur onvoldoende invulling heeft gegeven aan zijn zorgplicht. De beklagrechter verklaart het beklag daarom ongegrond.

Ondanks het feit dat de klacht ongegrond wordt verklaard is de beklagrechter echter wel van oordeel dat de problemen die bij de winkel zijn ontstaan niet alleen kunnen worden afgewenteld op de gedetineerden. Zeker niet nu de oplossing van deze klachten zo lang op zich heeft laten wachten. Vaststaat dat er dingen mis zijn gegaan bij de winkelleveranties en dat de gedetineerden daarvan “de dupe” zijn geworden. De directie is vanwege de zorgplicht verantwoordelijk voor die leveranties. Hoewel de directie aan die zorgplicht heeft voldaan en de directie dus niets verweten kan worden, geldt ook voor de gedetineerden dat hen niets verweten kan worden, terwijl zij wel de dupe zijn geworden van problemen met de winkel door de wisseling van de leverancier. Omdat de verantwoordelijkheid bij de directie ligt, ligt het risico voor fouten van de winkel ook in eerste instantie bij de directie en komen fouten van de winkel daarom naar het oordeel van de beklagrechter eerder voor rekening van de directie dan voor rekening van de gedetineerden. Daarom vindt de beklagrechter een algemene compensatie in dit geval op zijn plaats.

Tijdens de behandeling van een klacht eind november 2021 en tijdens de vergadering van december 2021 is aan de directeur gevraagd of er een compensatie kon komen voor het ongemak dat de slechte leveringen heeft opgeleverd voor de gedetineerden. Daar is geen antwoord op ontvangen. Ook in het verweer, dat na de vergadering is opgesteld, wordt geen voorstel tot compensatie gedaan.

Uit de klachten blijkt dat er blijkbaar een voorstel is geweest om een iedere 6 weken een snackdag te regelen, die nog niet van de grond is gekomen. In eerdere uitspraken, gedaan op 1 februari 2022, over de winkelklachten heeft de beklagrechter erop aangedrongen dat de directie zodra de coronamaatregelen dit toelaten (bijvoorbeeld in overleg met de Gedeco) een dergelijke snackdag op korte termijn regelt, als vorm van ludieke compensatie voor degenen die nu nog in de inrichting verblijven. In Dagblad de Limburger is hieraan op 8 februari 2022 een artikel gewijd waarin dit wordt uitgelegd als een verplichte zeswekelijkse snackdag waarbij een ‘frietje van Pietje’ door de directie zou moeten worden geregeld. De beklagrechter merkt hierover het volgende op. Omdat het beklag ongegrond is, is er geen sprake van een verplichte compensatie, maar slechts van een dringende aanbeveling. Daarnaast is de vorm van de snackdag expliciet niet benoemd omdat dit, mede vanuit oogpunt van veiligheid en vanwege de organisatorische en financiële aspecten, aan de directie is. Tot slot merkt de beklagrechter op dat niet bedoeld is aan te sluiten bij de frequentie die door de gedetineerden is genoemd, namelijk een zeswekelijkse snackdag, maar dat in de dringende aanbeveling slechts ‘een dergelijke snackdag’ (in enkelvoud) is genoemd, zonder daarbij te spreken over een vaker te herhalen gebeurtenis. De directie heeft inmiddels aan de CvT teruggekoppeld dat zij aan de aanbeveling gehoor wil geven op een passende wijze.

BESLISSING

De alleensprekende beklagrechter verklaart het klaagschrift ongegrond, maar bepaalt dat een algemene compensatie moet worden geboden aan degenen die nu nog in de inrichting verblijven, zoals hierover onder “conclusie” verwoord.

Deze uitspraak is gedaan op 2 maart 2022 door de alleensprekende beklagrechter, mr. A. Snijders, bijgestaan door P. van Kaam-Wolfswinkel, secretaris.

De RSJ heeft het beroep onder kenmerk 22/25879/GA  op 11 januari 2023 op drie onderdelen ongegrond verklaard en op twee onderdelen vernietigd en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaard. Er wordt opgemerkt dat het individuele karakter van het beklagrecht en het bepaalde in artikel 68 van de Pbw niet voorzien in de mogelijkheid van het toekennen van een (algemene) tegemoetkoming bij een ongegrondverklaring dan wel niet-ontvankelijkheid van het beklag.

[1] Zie bijvoorbeeld de uitspraak van de RSJ van 8 augustus 2017 met nummer 17/0382/GA.

[2] Nummer 17/2842/GA

[3] Zie bijvoorbeeld de uitspraak van de RSJ van 18 februari 2019, met nummer R-18/1878/GA.

[4] Huisregels, hoofdstuk 4.4