Sla inhoud over

Het re-integratiecentrum

Re-integratie
Jaarlijks keren circa 25.000 gedetineerden terug uit detentie in de samenleving.[1] Een aanzienlijk deel van deze groep belandt na vrijlating opnieuw in de gevangenis.[2] Een belangrijk doel van een gevangenisstraf is het voorkomen dat een gedetineerde na vrijlating opnieuw een delict pleegt. Of te wel: het voorkomen van recidive. Om dit te bereiken is bij wet vastgelegd dat een vrijheidsstraf of maatregel zoveel als mogelijk in het teken moet staan van het voorbereiden van de gedetineerde op een terugkeer in de maatschappij. Dit wordt re-integratie genoemd en  is bedoeld om recidive te voorkomen. Het is er op gericht dat justitiabelen een goede kans van slagen krijgen bij hun terugkeer in de maatschappij.

Vanuit het re-integratiecentrum (RIC) binnen een justitiële instelling worden justitiabelen zo goed mogelijk voorbereid om de terugkeer in de maatschappij succesvol te laten verlopen.

De laatste jaren wordt het re-integratieproces in toenemende mate onderzocht, ingegeven door onder meer hoge recidivecijfers; zo’n 47% van de ex-gedetineerden recidiveert binnen twee jaar.[3] Op basis van diverse bronnen is duidelijk dat succesvolle re-integratie het resultaat is van een complex samenspel tussen objectief meetbare factoren zoals het hebben van stabiele huisvesting en een baan en meer subjectieve factoren zoals motivatie, het geloof in eigen kunnen en vertrouwen in de toekomst. Ook komt naar voren dat een intensieve samenwerking tussen DJI, gemeenten en de reclassering daarvoor nodig is.[4]

Wettelijk kader
De wettelijke grondslag voor re-integratie is terug te vinden  in artikel 2 van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw). In dit artikel is bepaald dat de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf of vrijheidsbenemende maatregel die aan de justitiabele is opgelegd, zoveel mogelijk dienstbaar wordt gemaakt aan de voorbereiding op de terugkeer in de maatschappij.

De vijf basisvoorwaarden             
Een succesvol re-integratietraject is afhankelijk van vijf basisvoorwaarden.[5] . De medewerkers en vrijwilligers van het re-integratiecentrum kunnen de justitiabele helpen met het regelen van de basisvoorwaarden. De vijf basisvoorwaarden zijn als volgt.

  1. ID-bewijs: een geldig identiteitsbewijs is noodzakelijk om zaken met (overheids) instanties te regelen. Tijdens detentie kan een ID-bewijs worden aangevraagd.
  2. Onderdak: tijdens detentie kunnen gedetineerden al beginnen met het zoeken naar woonruimte of zich inspannen voor het behoud van de bestaande woning.
  3. Werk en inkomen: het hebben van werk en een vorm van inkomen draagt bij aan een delictvrij bestaan.
  4. Schuldenaanpak: 77 procent van de gedetineerden heeft schulden en vindt omgaan met geld lastig. Tijdens detentie kan een begin worden gemaakt met de schuldenaanpak.
  5. Zorg: de inzet is – waar mogelijk – bestaande en lopende zorgtrajecten te continueren. Ook wordt gekeken naar de verplichte zorgverzekering.

Naast deze voorwaarden wordt vanuit DJI de inspanning geleverd om een justitiabele tot gedragsverandering te motiveren. Hierbij wordt een justitiabele ondersteund bij het opbouwen of versterken van een positief ondersteunend sociaal netwerk dat ook als een beschermende factor dient ter voorkoming van recidive.[6]        

Onderwijs, scholing en voorlichting          
Naast deze vijf primaire leefgebieden staan er nog twee andere gebieden op de actielijst, te weten onderwijs en scholing en voorlichting. In het kader van onderwijs en scholing kunnen de justitiabelen zich in het re-integratiecentrum aanmelden voor een opleiding, een studiekeuzetest doen, contact opnemen met de gemeente en digitale formulieren invullen.[7] Tevens kunnen sollicitatie- en intakegesprekken worden gehouden in het re-integratiecentrum. In het kader van voorlichting is het zowel voor de penitentiaire inrichting als voor ketenpartners, zoals de gemeente, mogelijk om themabijeenkomsten te organiseren en zo in direct contact met justitiabelen te komen.[8]

Gebruik van computers
In de re-integratiecentra hebben justitiabelen toegang tot computers.[9] De internettoegang van deze computers is echter beperkt. Alleen websites die nodig zijn om zaken rondom de terugkeer in de maatschappij te regelen, zijn toegankelijk. Deze websites worden van te voren geselecteerd door de medewerkers van de re-integratiecentra en geplaatst op een zogenaamde ‘White-list’. 

In het re-integratiecentrum zijn in beginsel ook twee computers met reguliere internetverbinding beschikbaar, aangezien soms ook websites die niet op de “White-list” staan, nodig zijn om aan de re-integratie te werken. Voordat justitiabelen van deze computers gebruik willen maken, moeten de justitiabelen een contract ondertekenen dat zij alleen de van tevoren afgesproken websites zullen bezoeken en dat zij geen misbruik van de hen geboden mogelijkheid zullen maken. De begeleiders in het re-integratiecentrum houden er toezicht op dat de afspraken worden nageleefd.    

Persoonsgerichte benadering[10]   
Inkomsten, Screening en Selectie (ISS)
De persoonsgerichte benadering is een van de pijlers van een modern gevangeniswezen. Vanaf het moment dat een justitiabele de inrichting binnenkomt, dient daarom zo veel mogelijk informatie over de justitiabele te worden verzameld. Om het vergaren van informatie zo snel mogelijk te laten verlopen, is het streven om binnen tien werkdagen na binnenkomst de standaardprocedure ISS te starten. Hierbij wordt informatie verzameld zoals wat de thuissituatie van de justitiabele is en of hij werk had of schulden heeft. De vanuit deze procedure verkregen informatie wordt vervolgens in een Detentie en Re-integratieplan (D&R-plan) verwerkt.

Detentie & re-integratieplan (D&R-plan)
Het D&R-plan is het persoonlijke plan over de gedetineerde. Hierin is vastgelegd op welke gebieden de justitiabele ondersteuning nodig heeft. De gedetineerde vult zelf ook een deel van zijn D&R-plan in. . In een zogeheten Multi-Disciplinair Overleg (MDO) komen vertegenwoordigers van verschillende afdelingen wekelijks dan wel tweewekelijks bij elkaar. In deze overleggen bespreken zij het D&R-plan van de gedetineerde en besluiten zij welke activiteiten hij mag en moet volgen.

Levensloop benadering  
Naast de persoonsgerichte aanpak wordt uitgegaan van een levensloopbenadering.[11] Vrijheidsbeneming is een afgebakende (korte of langere) periode in de levensloop van een burger die een strafbaar feit heeft gepleegd. De gezamenlijke opgave is daarom gericht op de periode van vrijheidsbeneming en daarna, en waar mogelijk ook op de periode daarvóór. De activiteiten die worden ingezet zijn dus levensloopgericht op de voor-, door- en nazorg voor de justitiabele en worden zoveel mogelijk afgestemd op al lopende ondersteuning, zoals zorg-, opleidings- schuldhulpverleningstrajecten. In samenspraak met de justitiabele wordt bepaald:

  • De re-integratievraag: - wat is zijn ondersteuningsbehoefte en wat is nodig om hem delictvrij te laten terugkeren in de samenleving? - Wat is nodig om de veiligheid van de samenleving zo optimaal mogelijk te waarborgen?
  • Het re-integratieaanbod: welke interventies en re-integratietrajecten kunnen worden gecontinueerd of gestart en door wie?
  • De re-integratiemotivatie: hoe wordt gewerkt aan het vergroten van de motivatie van de justitiabele om gebruik te maken van het aanbod?

Toegang tot het re-integratiecentrum       
De justitiabelen krijgen op uitnodiging toegang tot het re-integratiecentrum. De justitiabele kan op drie manieren uitgenodigd worden.

Ten eerste krijgen alle justitiabelen in de eerste week van hun verblijf in de penitentiaire inrichting een uitnodiging voor een intakegesprek. Tijdens dit gesprek wordt de ‘‘Taalmeter’’ afgenomen, waarmee het taalniveau van de justitiabele wordt bepaald. Daarnaast wordt  een actiepuntenlijst samengesteld.                
Ten tweede kunnen justitiabelen zelf een verzoekbrief indienen met daarin hun hulpvraag.[12] Vervolgens krijgt de justitiabele een uitnodiging van het re-integratiecentrum. De afspraak wordt normaal gesproken binnen twee dagen na het verzoek gepland en op uren dat de justitiabele geen andere activiteiten heeft. Het re-integratiecentrum is in beginsel vijf dagen per week op kantooruren geopend.
Ten derde kan de justitiabele door een medewerker van het re-integratiecentrum worden opgeroepen, indien blijkt dat een vervolgafspraak nodig is. 

Het re-integratiecentrum is toegankelijk voor alle justitiabelen. Of een gedetineerde in het basisprogramma of het plusprogramma verblijft is voor de toegang tot het RIC dus niet relevant. De Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (hierna: RSJ) besliste in dit verband dat de enkele omstandigheid dat een justitiabele levenslang is gestraft niet redengevend kan zijn voor afwijzing van een verzoek om gebruik te mogen maken van het re-integratiecentrum.[13] Volgens de RSJ is het evenwel niet onredelijk dat voor gebruikmaking van het re-integratiecentrum de eis wordt gesteld dat sprake dient te zijn van een concrete hulpvraag.[14]

De toegang tot het re-integratiecentrum is echter niet onvoorwaardelijk. Zo moet het voor de directeur mogelijk zijn om een ordemaatregel op te leggen van uitsluiting van deelname aan de activiteiten in het re-integratiecentrum voor de duur van veertien dagen, indien dit is vereist voor de orde en veiligheid in de inrichting.[15]

Naast de hulp en ondersteuning van de medewerkers van het RIC kunnen justitiabelen voor hulp en ondersteuning bij hun re-integratie ook terecht bij hun casemanagers, bij de medewerkers van het onderwijs en bij psychologen.[16] Werken aan re-integratie is een voorwaarde om te kunnen promoveren naar het plus-regime. Binnen het plus-regime krijgen justitiabelen onder andere meer vrijheden en wekelijks vijf uren extra aan activiteiten. Wilt u meer over dit onderwerp lezen, klik dan hier.        

Beklagmogelijkheid
Als het re-integratietraject moeizaam van de grond komt en de justitiabele wel gemotiveerd is, kan de justitiabele in beklag. Blijkens artikel 60 van de Pbw is beklag mogelijk tegen een 'hem betreffende door of namens de directeur genomen beslissing'.  Met een beslissing wordt gelijkgesteld een verzuim of een weigering te beslissen, zoals het niet of moeizaam van de grond komen van het re-integratietraject. 

Re-integratie na detentie (Buiten RIC’s)[17] 
In het RIC wordt de kloof tussen mens en maatschappij verkleint om de stap van 'binnen' naar 'buiten' zo goed mogelijk te laten verlopen. Om te zorgen dat de justitiabele ook na detentie door kan gaan met re-integratie activiteiten, hebben diverse gemeentes en vrijwilligersorganisaties ‘Buiten RIC’s’ opgezet. Het werkt op dezelfde manier als het RIC in de gevangenissen (Binnen RIC). Bij het regelen van zaken op het gebied van de vijf leefgebieden: wonen, inkomen, schulden, zorg en identiteitsbewijs kunnen justitiabelen vaak extra ondersteuning gebruiken om zo de terugkeer in de maatschappij soepeler te laten verlopen.

Om te zorgen dat de justitiabele ook na detentie door kan gaan met de re-integratie activiteiten, heeft bijvoorbeeld bureau Nazorg van de gemeente 's Hertogenbosch een eigen RIC opgezet.[18] Ook de lokale afdelingen van vrijwilligersorganisaties Humanitas Surant hebben in diverse gemeentes eigen Buiten-RIC’s opgezet.[19] Daarnaast hebben de meeste gemeenten een gemeentelijk coördinator Nazorg.[20]

Bij het regelen van zaken op gebied van wonen,, inkomen, schulden, zorg en het identiteitsbewijs kan hier ondersteuning worden verkregen om zo de terugkeer in de maatschappij soepeler te laten verlopen en het leven weer op de rails te krijgen. Een groep vrijwilligers met kennis van zaken staan hiervoor beschikbaar.


                                                                                                                                                             

[1] Rapport Samen werken aan een nieuwe start | Rapport | Inspectie Justitie en Veiligheid (inspectie-jenv.nl).

[2] Rapport Samen werken aan een nieuwe start | Rapport | Inspectie Justitie en Veiligheid (inspectie-jenv.nl).

[3] . Weijters, S. Verweij, N. Tollenaar& J. Hill, Recidive onder justitiabelen in Nederland; Verslag over de periode 2006-2018. Den Haag: WODC, 2019; Recidive overwegend stabiel gebleven | Nieuwsbericht | WODC - Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum; Bestuurlijk Akkoord, ‘Kansen bieden voor re-integratie’ 1 juli 2019.

[4] Intensievere samenwerking nodig bij re-integratie ex-gedetineerden | Nieuwsbericht | Inspectie Justitie en Veiligheid (inspectie-jenv.nl); Rapport Samen werken aan een nieuwe start | Rapport | Inspectie Justitie en Veiligheid (inspectie-jenv.nl).

[5] Basisvoorwaarden re-integratie | Justitiabelen | dji.nl.

[6] Bestuurlijk Akkoord, ‘Kansen bieden voor re-integratie’ 1 juli 2019.

[7] Re-integratie Centrum | Justitiabelen | dji.nl.

[8] Brochure “Samen aan de slag met de justitiabelen. De PI als uw ketenpartner”; Samenwerking met netwerkpartners | Justitiabelen | dji.nl.

[9] Informatieblad Re-integratiecentrum | Publicatie | dji.nl.

[10] Persoonsgerichte benadering | Justitiabelen | dji.nl.

[11] Re-integratie: idee en praktijk | Justitiabelen | dji.nl.

[12]Informatieboekje Goed voorbereid weer vrij voor gedetineerden die aan de slag gaan met re-integratie | Publicatie | dji.nl.

[13] RSJ 15 mei 2015, 14/3891/GA.

[14] RSJ 15 mei 2015, 14/3891/GA.

[15] KC 2016/051.

[16] Sancties 2016/32 “Zelf werken aan terugkeer“ M.M. Kommer, paragraaf 6.

[17] Home - Buiten-RIC · Hulp aan (ex-)gedetineerden (buitenric.nl).

[18] Home (ricdenbosch.nl).

[19] Over Humanitas Re-integratiecentra.

[20] Hoe is de re-integratie en nazorg voor gevangenen geregeld? | Rijksoverheid.nl.