Sla inhoud over

Jurisprudentie Beklagprocedure

Jurisprudentie beklagprocedure

Gedetineerden & Jeugd

Beklagcommissie

KC2025/006

Gelet op het verweer van de directie is de beklagrechter van oordeel dat de plaatsing van klager op de afdeling arrestanten geen beslissing van de directeur betreft. Deze situatie is een direct gevolg van de beslissing van de selectiefunctionaris. Daarom verklaart de beklagrechter zich onbevoegd tot kennisneming van de klacht voor zover deze is gericht tegen de plaatsing op de afdeling arrestanten.

 

KC2025/002

Volgens vaste jurisprudentie van de RSJ kan het onthouden van medische zorg onder omstandigheden gelijk worden gesteld met een beslissing van de directeur, als sprake is van een beklag met voldoende belang voor de gedetineerde. Daarvan is in beginsel slechts sprake wanneer de directeur volgens de gedetineerde jegens hem “structureel en in belangrijke mate tekortschiet in zijn verzorgende taken”. Klaagster stelt dat haar medische zorg is onthouden tijdens haar zwangerschap en geeft hierbij aan dat dit over een langere periode het geval is geweest. Gelet op het feit dat het standpunt van klaagster onweersproken blijft door de directie, maakt dit dat de beklagcommissie onvoldoende kan toetsen of sprake is van een structurele tekortkoming van de directeur. Omdat de RSJ eerder heeft geoordeeld dat in het geval sprake is van het onthouden van medische zorg bij fysieke klachten sprake kan zijn van een dusdanig belangrijke klacht dat dit beklagwaardig is, wordt klaagster ontvangen in haar klacht.

 

KC 2012/126

Klager beklaagt zich over een aan hem opgelegde disciplinaire straf van opsluiting in eigen cel zonder televisie. De straf is opgelegd vanwege het door klager vertoonde verkeersgevaarlijke gedrag tijdens transport en het verbaal agressieve gedrag jegens parketwachters en het inrichtingspersoneel. Klager ontkent zich verbaal agressief te hebben gedragen. Hij erkent wel samen met een ander het DV&O busje heen en weer geschommeld te hebben. Op verzoek van klager is de gedetineerde die ook werd vervoerd door DV&O in hetzelfde busje, als getuige gehoord. Volgens de getuige is klager hard aangepakt en mishandeld. Ze waren volgens de getuige beiden verantwoordelijk voor het schommelen van het busje. Volgens de getuige was klager in een goede gemoedstoestand. De beklagcommissie heeft op grond van het beginsel van equality of arms geen kennis genomen van een proces-verbaal van de parketpolitie waar klager op verzoek van de parketpolitie niet van in kennis is gebracht. De beklagcommissie is van oordeel dat de opgelegde disciplinaire straf bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, buitenproportioneel en onredelijk is. Klager heeft door het optreden van de parketwachters en de PIW-ers letsel opgelopen en daarop verbaal agressief gereageerd. De klacht wordt gegrond verklaard en aan klager wordt een tegemoetkoming toegekend ter hoogte van € 60,00.

Beroepscommissie

Per 1 januari 2024 wordt er geen jurisprudentie van de RSJ meer opgenomen in dit bestand. De uitspraken van de RSJ kunt u vinden op: Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming (overheid.nl) .