Nachtdetentie & Kleinschalige Voorziening Justitiële Jeugd (KVJJ)
Achtergrond nachtdetentie[1]
Eind jaren 90 kwam het besef dat de dag- en nachtopvang van jeugdigen negatieve effecten zou kunnen hebben op hun maatschappelijke ontwikkeling. Vooral bij jeugdigen die voor de aanvang van hun detentie naar school gingen of een baan hadden zou de dag- en nachtopvang leiden tot achterstanden op school of het verlies van hun baan. Het wegvallen van deze maatschappelijke verbindingen zou een verhoogd risico op het verder afglijden in de criminaliteit tot gevolg hebben.
Daarom werd rond 2000 in twee justitiële jeugdinrichtingen (hierna: JJI’s) in Amsterdam en Rotterdam gestart met een pilot waar de voorlopige hechtenis ten uitvoer werd gelegd in de vorm van nachtdetentie. De uitslag van het in 2001 uitgevoerde evaluatieonderzoek was positief: de nachtdetentie vergrootte de maatschappelijke kansen van de jeugdigen, omdat zij hun opleiding, werk of behandeling konden voortzetten tijdens detentie. Mede naar aanleiding van de uitkomsten van dit onderzoek heeft de toenmalige staatssecretaris van Justitie in 2003 besloten de nachtdetentie landelijk in te voeren.
Wettelijk kader nachtdetentie
Sinds 2003 is de wettelijke basis voor nachtdetentie te vinden in artikel 493 lid 3 Wetboek van Strafvordering (Sv). Dit artikel luidt als volgt: “Tot het ondergaan van inverzekeringstelling of voorlopige hechtenis kan elke daartoe geschikte plaats worden aangewezen. Bij het bevel tot voorlopige hechtenis kan worden bepaald dat de verdachte gedurende de nacht in een inrichting als bedoeld in de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen, dan wel op een andere plaats als bedoeld in de eerste volzin verblijft, en gedurende de dag in de gelegenheid wordt gesteld de inrichting of die plaats te verlaten.”
Wat is nachtdetentie?[2]
Nachtdetentie is een bijzondere vorm van voorlopige hechtenis voor jeugdigen of onderdeel van een gedragsbeïnvloedende maatregel.[3] De gedetineerde jeugdige gaat - al dan niet begeleid - overdag naar school, werk of een instelling voor dagbehandeling en verblijft ’s-avonds, ’s-nachts en in het weekend in een justitiële jeugdinrichting (hierna: JJI).
Het doel van nachtdetentie is het behouden en versterken van de schoolgang, werk of dagbehandeling tijdens de voorlopige hechtenis en later tijdens de detentie.[4] Zo worden de schadelijke effecten van voorlopige hechtenis en detentie op de ontwikkeling van de jeugdige beperkt en worden de positieve banden met de samenleving behouden en versterkt.[5] Door de binding met school en werk wordt geprobeerd de kans op recidive bij jeugdigen te verkleinen.[6] Bovendien kan na de detentieperiode de opleiding worden voortgezet of het werk worden behouden. Dit vergroot de maatschappelijke kansen na de detentieperiode.[7]
Nachtdetentie als gedragsbeïnvloedende maatregel
Met de inwerkingtreding van het Adolescentenstrafrecht in 2014, waarbij jongeren van 16 tot 23 jaar als minderjarige of als volwassene kunnen worden berecht, zijn de mogelijkheden van nachtdetentie uitgebreid.[8] Nachtdetentie kan daardoor niet meer alleen tijdens de voorlopige hechtenis worden opgelegd, maar ook na veroordeling van de rechter worden toegevoegd aan een gedragsbeïnvloedende maatregel.[9] Een gedragsbeïnvloedende maatregel is een maatregel die wordt opgelegd als detentie een te zware straf is en een voorwaardelijke straf te licht is.[10] Een gedragsbeïnvloedende maatregel bestaat uit een of meer trainingen of behandelingen.[11] Nachtdetentie kan bijvoorbeeld aan de gedragsbeïnvloedende maatregel worden toegevoegd als dit de kans op risicobeheersing vergroot.[12] De wettelijke basis van de gedragsbeïnvloedende maatregel is te vinden in artikel 77w Wetboek van Strafrecht (Sr).
Voorwaarden voor nachtdetentie
Om als jeugdige in aanmerking te komen voor nachtdetentie gelden er enkele voorwaarden.[13] Alle jeugdigen (zowel jongens als meisjes) tussen de 12 en 18 jaar kunnen in beginsel in aanmerking komen voor nachtdetentie. Zij moeten een strafbaar feit hebben gepleegd waarvoor qua zwaarte en ernst voorlopige hechtenis kan worden gevorderd. Daarnaast moet er aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
- De jongere moet beschikken over een “zinvolle, gestructureerde dagbesteding” (school, werk of een instelling voor dagbehandeling, eventueel in combinatie).
- Deze dagbesteding moet “binnen een redelijke termijn te bereiken zijn” (in verband met dagelijks vervoer).
- De jongere moet, ter waarborging van de “ongestoorde uitvoering van de voorlopige hechtenis”, een contract ondertekenen waarin hij zich akkoord verklaart met de voorwaarden.
Nachtdetentie is niet mogelijk als de hieronder genoemde omstandigheden zich voordoen[14]:
- gevaar voor vlucht;
- geschokte rechtsorde (denk hierbij bijvoorbeeld aan het plegen van een zedendelict);
- gevaar voor recidive;
- beperkingen door de rechter-commissaris;
- de vreemdelingrechtelijke status (uitzetting of uitlevering na tenuitvoerlegging).
Nachtdetentie is niet direct uitgesloten voor een recidivist of een jeugdige die een relatief zwaar delict heeft gepleegd. Of de jeugdige in aanmerking komt voor nachtdetentie is afhankelijk van de aard van het (recidive)delict en/of de omstandigheden waaronder het delict is gepleegd.[15]
Daarnaast is nachtdetentie niet mogelijk indien de te verwachten straf of maatregel meer dan zes maanden onvoorwaardelijk bedraagt.[16]
Bij zijn beslissing om al dan niet nachtdetentie toe te passen, kan de rechter-commissaris of de raadkamer de hieronder genoemde punten betrekken[17]:
- ernstige gedragsstoornissen (met mogelijk gevolg het niet succesvol volbrengen van nachtdetentie);
- langdurige vakantie (ten gevolge waarvan de jeugdige geen zinvolle dagbesteding kan hebben);
- zorgsignalering door de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK).
De procedure tot plaatsing in nachtdetentie[18]
Hieronder wordt de procedure beschreven vanaf het moment van aanhouding van de jeugdige tot de plaatsing in nachtdetentie.
Plaatsing in bewaring
Wanneer een jongere wordt aangehouden voor het plegen van een strafbaar feit, maakt de politie een proces-verbaal op. Het proces-verbaal gaat naar het Openbaar Ministerie, waar de Officier van Justitie (OvJ) de zaak bekijkt. De Raad voor de Kinderbescherming begint vanaf dat moment te onderzoeken of de jongere een dagbesteding heeft die tijdens een voorlopige hechtenis voortgezet kan worden. De Officier van Justitie beslist vervolgens of hij de jongere voor de rechtercommissaris zal geleiden en een voorlopige hechtenis zal vorderen. Als de Officier van Justitie dit doet, beslist de rechtercommissaris, mede aan de hand van het rapport van de Raad voor de Kinderbescherming, of er voldoende gronden zijn voor voorlopige hechtenis en of er voldoende waarborgen zijn voor nachtdetentie. De Officier van Justitie, de jeugdige of diens raadsman, de Raad voor de Kinderbescherming of de Jeugdreclassering kunnen verzoeken om nachtdetentie.
Opname en voorbereiding plan van aanpak voor nachtdetentie
Als de vordering tot plaatsing in nachtdetentie wordt toegewezen, wordt de jongere op de gebruikelijke wijze geplaatst in de JJI. De JJI neemt vervolgens contact op met de Jeugdreclassering voor het opstellen van een plan van aanpak. Samen kijken zij hoe de nachtdetentie praktisch kan worden vormgegeven. Het plan bevat de opgestelde voorwaarden, de omgang van de ouders/verzorgers met de nachtdetentie en de praktische invullingen van de nachtdetentie. Het plan van aanpak wordt opgesteld binnen de termijn van bewaring en nog voor de vordering gevangenhouding voorgelegd aan de Officier van Justitie.
De feitelijke plaatsing van de jeugdige gebeurt door de selectiefunctionaris van de afdeling Individuele Jeugdzaken (IJZ) van de Dienst Justitiële Inrichtingen, met inachtneming van de aanwijzing van de rechter-commissaris. Het is mogelijk dat de nachtdetentie wordt uitgevoerd in de inrichting waar de jeugdige reeds verblijft, zodat hij niet hoeft te worden overgeplaatst. De inrichting is vervolgens verantwoordelijk voor het feitelijke verblijf tijdens de nachtdetentie. Uitgangspunt is dat nachtdetentie zo vroeg mogelijk dient aan te vangen teneinde de dagbesteding zo min mogelijk te onderbreken.
Vordering gevangenhouding
De Officier van Justitie beoordeelt of de voorlopige hechtenis voortgezet moet worden en vordert in dat geval gevangenhouding. Als de Officier van Justitie instemt met nachtdetentie, een strafdreiging bestaat van minder dan zes maanden onvoorwaardelijk en de risico’s verantwoord lijken, verzoekt hij de raadkamer om gevangenhouding in het nachtdetentieregime toe te wijzen.
Start uitvoering nachtdetentie
Als de gevangenhouding in het nachtdetentieregime is toegewezen, draagt de JJI zorg voor de uitvoering hiervan. De JJI sluit een contract met de jongere waarin de voorwaarden vermeld staan, bespreekt de consequenties bij overtreding van de voorwaarden, onderhoudt contact met de jeugdige over de voorwaarden en zorgt voor vervoer tussen de JJI en de dagbesteding. Onder het volgende kopje wordt verder ingegaan op een dergelijk contract. Ook meldt de JJI de school of het werk van de jongere dat de jongere weer komt, maakt afspraken over de wederzijdse informatievoorziening, zorgt voor insluiting na de dagbesteding en controleert op contrabande.
Nazorg
De Jeugdreclassering kan de jongere zowel verplicht als vrijwillig begeleiden. Indien een deel van de jeugddetentie als voorwaardelijk wordt opgelegd, moet de jongere zich gedurende de proeftijd onder toezicht van de Jeugdreclassering stellen. Indien de jongere onvoorwaardelijke detentie krijgt opgelegd, gelijk aan de duur van de voorlopige hechtenis, kan de Jeugdreclassering aansluitend nazorg bieden.
Afspraken met de jeugdige (het contract)[19]
Het contract
Het uitgangspunt is dat de nachtdetentie pas van start kan gaan als alle afspraken daarover (zoals vervoer, controle en school) vastliggen. Er worden afspraken gemaakt met de instelling(en) waar de jeugdige overdag verblijft. Dit kan een school (of stageplaats), een werkplek of een instelling voor dagbehandeling zijn. Deze afspraken worden in een contract neergelegd. De jeugdige is verplicht om een contract te ondertekenen waarin de afspraken zijn neergelegd en waarin is aangegeven wat de gevolgen zijn indien de jeugdige zich niet aan de afspraken houdt.
Niet naleven van het contract
Het niet naleven van het contract (bijvoorbeeld: de jongere spijbelt of pleegt opnieuw een strafbaar feit) wordt onmiddellijk door de school, het werk of de dagbesteding gemeld aan de directeur van de JJI. De directeur neemt hierop contact op met het Openbaar Ministerie. De Officier van Justitie kan vervolgens besluiten om de nachtdetentie voort te zetten en de jeugdige een waarschuwing te geven of om de nachtdetentie te beëindigen. Indien de nachtdetentie wordt beëindigd, wordt de jongere alsnog dag en nacht in een justitiële jeugdinrichting geplaatst, de reguliere vorm dus van voorlopige hechtenis.
Rechtsmiddel
Tegen de beslissing van de Officier van Justitie staat geen rechtsmiddel open. Alleen wanneer de beslissing leidt tot een overplaatsing van de jeugdige door de selectiefunctionaris, kan de jeugdige in bezwaar bij de selectiefunctionaris en in beroep bij de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming. In het geval dat de rechter besluit om de voorlopige hechtenis en daarmee de nachtdetentie te verlengen, staat hiertegen beroep open.
Evaluatie nachtdetentie
In de zomer van 2006 heeft een evaluatie van de landelijke implementatie plaatsgevonden.[20] De evaluatie toonde aan dat nachtdetentie een belangrijke meerwaarde heeft en wordt gezien als één van de instrumenten om maatwerk te bieden. Toch daalt het aantal opgelegde nachtdetenties al enkele jaren.[21] In 2012 was er een piek met 140 gestarte nachtdetenties. In 2013 heeft er een halvering plaatsgevonden, waarna tot en met 2015 het aantal gestarte nachtdetenties stabiel is gebleven. In 2016 zijn de cijfers wederom gedaald. Sinds 2017 zijn er geen cijfers meer gepubliceerd.
Kleinschalige Voorziening Justitiële Jeugd (KVJJ)[22]
Naast nachtdetentie bestaat er de Kleinschalige Voorziening Justitiële Jeugd (hierna: KVJJ). Dit is een voorziening waarin jongeren in voorlopige hechtenis of jongeren met een PIJ-maatregel geplaatst kunnen worden. Het belangrijkste kenmerk van de KVJJ is dat jongeren dicht bij hun leefomgeving worden geplaatst. Zo kunnen ze het contact met hun familie, vrienden en netwerk in stand houden.
Locaties
Er zijn vijf KVJJ’s in Nederland: in Amsterdam, Rijnmond (Krimpen aan den IJssel), Haaglanden, Noord (stad Groningen) en Zuid (Venlo). De eerste KVJJ (Amsterdam) is in 2016 geopend. Zuid en Noord volgden respectievelijk in 2020 en 2021 en de KVJJ’s in Rotterdam en Den Haag in 2022. Elke KVJJ biedt plek aan maximaal acht jongeren.
Ontwikkeling KVJJ
De monitor KVJJ volgt twee jaar lang of deze nieuwe manier van vrijheidsbeneming goed werkt. Het eindrapport van de monitor KVJJ is in juli 2023 opgeleverd. De minister voor de rechtsbescherming heeft het rapport in september 2023 aan de Tweede Kamer aangeboden.
[1] Bos, J. e.a. ‘Nachtdetentie voor jeugdigen in de voorlopige hechtenisfase – eindrapport’, Regioplan Beleidsonderzoek 2006, p. 1, 2, 7, 39, 44
[2] A.T.J. Eggen & W. van der Heide 2005, ‘Criminaliteit en rechtshandhaving 2004 - Ontwikkelingen en samenhangen’. Boom Juridische Uitgevers, p. 43.
[3] H.J.C. van Marle e.a., Gedragskundige rapportage in het strafrecht 2022/17.7.1, Deventer: Wolters Kluwer 2022.
[4] Beleidskader Nachtdetentie, januari 2010. p. 5.
[5] G. de Jonge & A.P. van der Linden, Handboek Jeugd & strafrecht, 2023/4.3.8, Deventer: Kluwer 2013.
[6] Dienst Justitiële Inrichtingen, Straffen en Maatregelen, Informatieblad nachtdetentie voor jeugdigen bij voorlopige hechtenis.
[7] Kamerstukken II 2001/02,, 25712, nr. 3, p. 2.
[9] H.J.C. van Marle e.a., Gedragskundige rapportage in het strafrecht 2022/17.7.1, Deventer: Wolters Kluwer 2022.
[10] H.J.C. van Marle e.a., Gedragskundige rapportage in het strafrecht 2022/17.7.1, Deventer: Wolters Kluwer 2022.
[11] Brochure gedragsbeïnvloedende maatregel, p. 6.
[12] Brochure gedragsbeïnvloedende maatregel, p. 6
[13] Dienst Justitiële Inrichtingen, Straffen en Maatregelen, Informatieblad nachtdetentie voor jeugdigen bij voorlopige hechtenis.
[14] Beleidskader Nachtdetentie, januari 2010. p. 5.
[15] Beleidskader Nachtdetentie, januari 2010. p. 5.
[16] Beleidskader Nachtdetentie, januari 2010. p. 5.
[17] Beleidskader Nachtdetentie, januari 2010. p. 5.
[18] Beleidskader Nachtdetentie, januari 2010. p. 3-4; Dienst Justitiële Inrichtingen, Straffen en Maatregelen, Informatieblad nachtdetentie voor jeugdigen bij voorlopige hechtenis; Bos, J. e.a. ‘Nachtdetentie voor jeugdigen in de voorlopige hechtenisfase – eindrapport’, Regioplan Beleidsonderzoek 2006, p. 11-12.
[19] Beleidskader Nachtdetentie, januari 2010. p. 7-8; Dienst Justitiële Inrichtingen, Straffen en Maatregelen, Informatieblad nachtdetentie voor jeugdigen bij voorlopige hechtenis; Bos, J. e.a. ‘Nachtdetentie voor jeugdigen in de voorlopige hechtenisfase – eindrapport’, Regioplan Beleidsonderzoek 2006, p. 10.
[20] Dienst Justitiële Inrichtingen, Straffen en Maatregelen, Informatieblad nachtdetentie voor jeugdigen bij voorlopige hechtenis.
[21] Y.N. van den Brink, Voorlopige hechtenis in het Nederlandse jeugdstrafrecht 2017/5.2 (Meijers-Reeks) (diss. Leiden), Deventer: Wolters Kluwer 2017.
[22] Kleinschalige Voorziening Justitiële Jeugd | Toekomst justitiële jeugd | dji.nl; F.M. Weerwind (2023, 14 september) Voortgangsbrief justitiële jeugdinrichtingen en kleinschalige voorzieningen justitiële jeugd [kamerbrief].