Opnieuw zoeken

Sla inhoud over

KC 2012/080

Datum uitspraak:
27/02/2012
Artikel:
50, 51 Pbw
Samenvatting:
Klager beklaagt zich over een aan hem opgelegde disciplinaire straf wegens het aantreffen van contrabande in een meerpersoonscel. Klager stelt niets van de kapotte televisie te weten. De celgenoot heeft toegegeven dat de tv van hem was en was bereid te betalen. Toch kregen ze allebei rapport. Volgens de directie is de celgenoot daar later op teruggekomen. De beklagcommissie oordeelt dat er een mogelijkheid aanwezig is dat klager geen kennis heeft gehad van de aanwezigheid van de tv omdat er met klagers celgenoot een regeling zou worden getroffen om de schade aan de tv te vergoeden. De directeur kon derhalve naar het oordeel van de beklagcommissie niet in redelijkheid beslissen klager genoemde straf op te leggen. Het beklag wordt gegrond verklaard en aan klager wordt een tegemoetkoming toegekend ter hoogte van € 37,50.
Uitspraak:

Beschikking van de beklagcommissie uit de commissie van toezicht bij de penitentiaire inrichtingen […] naar aanleiding van het indienen van het klaagschrift van:

                                                                        […]

ten tijde van het indienen van het klaagschrift verblijvende in de penitentiaire inrichtingen […].

De stukken

·         Een klaagschrift d.d. 25 januari 2012 waarin klager zich beklaagt over een opgelegde disciplinaire straf, welk klaagschrift op 27 januari 2012 is binnengekomen.
 

·         Schriftelijke inlichtingen en opmerkingen van de juridisch medewerker namens de plv. vestigingsdirecteur (verder: directeur) van genoemde inrichtingen, gedateerd 7 februari 2012, aan de beklagcommissie overgelegd, waarvan op 20 februari 2012 een afschrift aan klager is toegezonden.
 

·         Een schriftelijk verslag van de bewaarder […], gedateerd 25 januari 2012, aan de beklagcommissie overgelegd, waarvan eveneens op 20 februari 2012 een afschrift aan klager is toegezonden.
 

·         Een schriftelijke mededeling, gedateerd 25 januari 2012, betreffende oplegging van de disciplinaire straf van 5 dagen opsluiting in de eigen cel zonder televisie naar aanleiding van voormeld verslag, waarvan eveneens op 20 februari 2012 een afschrift aan klager is toegezonden.
 

De inhoud van voormelde stukken wordt als hier ingelast beschouwd.

Klager en de juridisch medewerker, de heer […], zijn ter zitting van de beklagcommissie van 27 februari 2012 gehoord, van welk verhoor aantekeningen gemaakt zijn.

Standpunt van klager
Betrokkene beklaagt zich erover dat hem een disciplinaire straf van 5 dagen opsluiting in de eigen cel zonder televisie is opgelegd. In klagers cel is bij een celinspectie in een plastic zak onder het bed een derde tv aangetroffen, die bovendien stuk was. Klager verbleef in een tweepersoonscel. Hij was al de derde celgenoot in één maand van de betreffende gedetineerde. Toen de celinspectie plaatsvond verbleef klager pas 2 dagen in die cel. Hij wist niets van die tv.

Klagers celgenoot gaf toe dat de tv van hem was en was zelfs bereid te betalen. Toch kregen ze beiden een rapport.

Klagers celgenoot heeft dezelfde straf gekregen.

Standpunt van de directeur
Betrokkene beklaagt zich er over dat hij een disciplinaire straf heeft gekregen voor het bezit van een derde tv.

In het schriftelijk verslag is te lezen dat klager samen met zijn celgenoot een derde tv in het bezit had. Deze heeft betrokkene in een plastic zak, onder het bed verstopt. De tv was kapot. Conform de huisregels is het verboden per persoon meer dan één tv in het bezit te hebben. Ook is het verboden om kapotte apparatuur in het bezit te hebben. (hoofdstuk 4.5.1.2. Huisregels HvB) Voor deze feiten is klager rapport aangezegd en genoemde straf opgelegd. Klagers celgenoot heeft zich aanvankelijk bereid verklaard de tv te vergoeden, maar is daar later op teruggekomen.
 

Beoordeling
Betrokkene beklaagt zich erover dat hem een disciplinaire straf van 5 dagen opsluiting in de eigen cel zonder televisie werd opgelegd, nadat er bij een celinspectie een derde ( kapotte) tv werd aangetroffen.

Klager verbleef op dat moment in een tweepersoonscel en heeft zoals blijkt uit het rapport, meteen aangegeven niets van die tv af te weten.

Beide gedetineerden op een meerpersoonscel kunnen in beginsel verantwoordelijk worden gehouden voor de vondst van contrabande (i.c. derde tv) op cel, tenzij aannemelijk is dat één van hen geen enkel verwijt treft.

De juridisch medewerker heeft verklaard dat er met klagers celgenoot een regeling zou worden getroffen om de schade aan de tv te vergoeden waarmee laatstgenoemde impliciet de verantwoordelijkheid op zich heeft genomen voor de aangetroffen tv. Nu de mogelijkheid aanwezig is dat klager geen kennis heeft gehad van de aanwezigheid van die tv, kon de directeur naar het oordeel van de beklagcommissie, niet in redelijkheid beslissen klager genoemde straf op te leggen.

De klacht is gegrond; de beklagcommissie zal een tegemoetkoming vaststellen.

BESLISSING
De beklagcommissie verklaart de klacht gegrond en besluit aan klager een tegemoetkoming van €37,50 (zegge: zevenendertig euro vijftig) toe te kennen..